Onderlinge liefde: Rom.12:9-21

Inleiding

In de vorige studie zagen we hoe we de gaven van de Heilige Geest kunnen inzetten in de gemeente. In Romeinen 12 vanaf vers 9 tot en met 21 geeft Paulus een groot aantal losse vermaningen voor onze levenswandel. Romeinen 12:9-21 valt globaal in twee delen uiteen. Het eerste deel is vooral gericht op het leven en de liefde in de gemeente onderling. Het tweede deel vooral op de liefde en omgang met mensen die buiten de gemeente zijn. Ik zal beginnen met een algemene toelichting over hoe het gedeelte is opgebouwd. Daarna kijken we naar de verzen 9-13 en vervolgens naar de verzen 14-21.

Lees meer

Genadegaven en bescheidenheid: Rom.12:3-8

Inleiding

In deze studie richten we ons op onze relatie met onze broeders en zusters. In de vorige studie hebben we onze relatie met God besproken. We zagen daar dat de eerste twee verzen van Romeinen 12 ons aansporen om ons volledig aan God toe te wijden. Die toewijding vormt de basis voor al ons gedrag. In de verzen 3 tot en met 8 laat Paulus vervolgens zien wat de invloed is van deze toewijding op hoe we met elkaar omgaan.

Lees meer

Leven voor God: Rom.12:1 en 2

Inleiding

Een vraag die veel gelovigen bezighoudt is: Hoe ziet het praktische leven van een christen er uit? Hoe leef ik voor God? En wat mag ik wel en wat mag ik niet. Nu we zijn aangekomen bij het praktische gedeelte van de Romeinenbrief, hopen we daar antwoorden op te krijgen.

Ik begin met een spoilerwaarschuwing. We gaan geen antwoord krijgen op de vraag “wat mag ik wel en wat mag ik niet”. Het is ook niet de goede vraag. Paulus heeft uitgelegd dat een wet, zelfs de meest volmaakte wet, een mens niet kan verbeteren. In de eerste twee verzen van hoofdstuk 12 wordt duidelijk dat we van binnenuit moeten veranderen. Het begint met een besluit om je toe te wijden aan God (vers 1). Daarna moet je denken worden vernieuwd (vers 2).

De volgorde in Paulus’ onderwijs is belangrijk. In de eerste 11 hoofdstukken van de brief legt hij het fundament. Hoe we worden gerechtvaardigd voor God. Dat het door genade is en uit geloof. En ook waarom de wet, hoewel heilig en goed, de mens niet kon verbeteren. Eerst moet de theorie, de geloofsleer, duidelijk zijn. Pas daarna en op dat fundament kan de geloofspraktijk gebouwd worden.

Lees meer

Inleiding op de hoofdstukken 12 tot en met 16

Inleiding

De hoofdstukken 12 tot en met 16 vormen het derde en laatste grote blok onderwijs in de Romeinenbrief. Na een diepgaande theologische uitleg in de eerdere hoofdstukken, geeft Paulus ons nu praktische adviezen voor ons dagelijks leven. In het eerste deel van de brief lag de nadruk op wat God voor ons heeft gedaan. Vanaf Romeinen 12 roept hij ons op tot actie. Nu we door Gods genade gerechtvaardigd zijn, mogen we de hoge roeping die we hebben ontvangen, beantwoorden. Wat dat inhoudt, gaan we in de volgende studies ontdekken. Deze laatste vijf hoofdstukken gaan over de geloofspraktijk.

De volgorde waarin Paulus zijn onderwijs geeft, is belangrijk. In de eerste helft van de brief legt hij het fundament: hoe we worden gerechtvaardigd voor God. Hij wil dat we doordrongen zijn van de basis van ons geloof. Pas daarna en op die grond geeft Paulus aanwijzingen voor onze geloofswandel.

Lees meer

Geliefden vanwege de vaderen: Rom.11:25-36

Inleiding

In Romeinen 11:25-36 sluit Paulus zijn uitleg over Israël en de gemeente af, die hij in hoofdstuk 9 begon. In de hoofdstukken 9, 10 en 11 geeft hij antwoord op de vraag of God trouw is aan de beloften die Hij Israël heeft gedaan. De nadruk ligt in deze hoofdstukken niet op de redding van individuele personen, maar op het plan van God met Israël en de gemeente. Betekent de roeping van de gemeente dat het natuurlijke Israël helemaal en definitief verworpen is? Of zal God Zich in de toekomst opnieuw over hen ontfermen?

Deze studie

  • Romeinen 11:25-27: Deze verzen zijn de kern van dit gedeelte. Om de betekenis van de verzen te begrijpen, kijken we naar het volgende:
    • Wat bedoelt Paulus met het “geheimenis”?
    • Wat bedoelt hij met de gedeeltelijke verharding over Israël en de volheid van de heidenen?
    • Wat betekent: “zo zal heel Israël zalig worden”?
  • Romeinen 11:28-32: Israël geliefd vanwege de vaderen;
  • Romeinen 11:33-36: Een loflied over de wonderlijke rijkdom van Gods plan.

Lees meer

Wortel en takken: Rom.11:11-24

Inleiding

Paulus stelt twee vragen in hoofdstuk 11. In de vorige studie (Beloften voor Israël: Rom.11:1-10) hebben we naar de eerste vraag gekeken. Heeft God Zijn volk verstoten? Nee, was het antwoord. Paulus is immers zelf een Israëliet. En er is altijd een gelovig overblijfsel geweest onder het volk, hoewel het grotere deel verblind en verhard is. Dat deel is gestruikeld zoals de profeten al hadden aangekondigd.

Dan stelt Paulus een vervolgvraag. Zijn zij gestruikeld met de bedoeling om definitief te vallen? Ook daar is zijn antwoord: “Nee, volstrekt niet”. Door hun struikeling is Gods redding naar de heidenen gegaan. Maar dat betekent niet dat de heidenen zich kunnen verheffen boven Israël. Paulus legt het uit met een metafoor over de wortel en de takken van een olijfboom. God heeft takken afgebroken en de heidenen geënt op de olijfboom. Maar Hij kan ook de heidenen weer afbreken en Israël opnieuw enten.

Lees meer

Beloften voor Israël: Rom.11:1-10

Inleiding

In de vorige studie zagen we dat Israël bleef proberen om door de wet gerechtvaardigd te worden. In hoofdstuk 10 heeft Paulus uitgelegd dat ze in plaats daarvan in geloof de Naam van de Here Jezus hadden moeten aanroepen. Ze kunnen niet zeggen dat ze het evangelie niet gehoord hebben (Romeinen 10:13-17). Ook niet dat het evangelie te moeilijk was (Romeinen 10:19-20). God heeft Zich altijd liefdevol uitgestrekt naar het volk. Maar een groot deel van Israël heeft in hun ongehoorzaamheid het evangelie afgewezen. Paulus sloot af met een citaat uit Jesaja:

Romeinen 10:21
Met het oog op Israël zegt Hij echter: Heel de dag heb Ik Mijn handen uitgebreid naar een ongehoorzaam en tegensprekend volk.

Jesaja had al aangekondigd dat God gevonden zou worden door een “ander volk” (Romeinen 10:20). Heidenen die wel gehoor zouden geven aan het evangelie. Dat brengt Paulus op het onderwerp van hoofdstuk 11. Als er een “ander volk” is dat de Heer wel aangenomen heeft, betekent het dat God Zijn volk definitief heeft verstoten? Gelukkig is het antwoord daarop: Nee, volstrekt niet!

Lees meer

Hoe lieflijk zijn de voeten: Rom.10:14-21

Inleiding

We zijn nog middenin de hoofdstukken 9, 10 en 11 waar Paulus de plaats van Israël in Gods plan aan de orde stelt. In het eerste deel van Romeinen 10 lazen we dat veel Israëlieten zich niet aan de gerechtigheid van God hebben onderworpen. Zij bleven proberen om door de wet gerechtvaardigd te worden. Maar inmiddels is het einddoel van de wet gekomen: Christus. Ze zouden in Hem moeten geloven en Hem aanroepen.

We eindigden de vorige studie met vers 13 waar Paulus citeert uit Joël: Ieder die de Naam van de Heer zal aanroepen, zal zalig worden. Dat geldt niet alleen voor Israëlieten, maar ook voor heidenen. Alle mensen kunnen de Naam van de Heer aanroepen om gered te worden. Daarom wordt het evangelie gepredikt.

Dat brengt Paulus op dit tweede, praktische gedeelte in Romeinen 10. Om gered te worden, hoef je alleen de Naam van de Here Jezus aan te roepen. Waarom doet niet iedereen dat? Paulus noemt een aantal redenen die mensen als excuus zouden kunnen gebruiken. Vragen zoals: heeft God wel iemand gestuurd? Hebben ze het evangelie wel gehoord? Hebben ze de kans gekregen om het te begrijpen?

Lees meer

De gerechtigheid uit het geloof: Rom.10:4-13

Inleiding

In Romeinen 1:16 en 17 heeft Paulus het onderwerp van zijn brief aangekondigd: de rechtvaardiging uit het geloof. De kracht van God om gered te worden, wordt geopenbaard “uit geloof en tot geloof”. In Romeinen 10 legt Paulus uit dat zijn broeders naar het vlees, de Israëlieten, deze belangrijke waarheid niet begrepen hebben. Zij bleven proberen om gerechtvaardigd te worden door de wet te houden. Maar inmiddels was het einddoel van de wet gekomen: Christus.

In Romeinen 10:4 tot en met 13 laat Paulus het Oude Testament spreken. De rechtvaardiging uit het geloof, in plaats van uit het doen van de wet, is daar al aangekondigd. Hij citeert uit Leviticus, Deuteronomium, Jesaja en Joël. Vooral zijn citaat uit Deuteronomium is moeilijk te begrijpen. Het is lastig om zijn redenering te volgen. Toch hoop ik te laten zien wat hij met deze verzen bedoelt.

opbouw van deze studie

  • Verzen 4 en 5: Wat is de gerechtigheid uit de wet? Dat staat in Leviticus 18;
  • Verzen 6 en 7: Wat is de gerechtigheid uit het geloof? Dat legt Paulus uit aan de hand van Deuteronomium 30;
  • Verzen 8-10: Hoe werkt het geloof? Het gaat om wat in je hart is en wat je met je mond belijdt;
  • Verzen 11-13: Jesaja en Joël hebben al geprofeteerd dat God iedereen redt die Hem aanroept en gelooft.

Lees meer

Waarom de heidenen gerechtigheid vonden en Israël niet: Rom.9:30-10:4

Inleiding

Is Gods belofte aan Israël vervallen nu de gerechtigheid bij de heidenen is terechtgekomen? Dat is de vraag die Paulus stelt en beantwoordt in Romeinen 9, 10 en 11. In de vorige drie studies over hoofdstuk 9 zagen we dat Paulus de geschiedenis van Israël behandelde. Hij toont aan dat niet alle nakomelingen van Jakob automatisch ook Israël zijn. Romeinen 9:7-29 laat ons twee belangrijke principes zien in de geschiedenis van Israël. Ten eerste dat God altijd moest kiezen door wie Hij de belofte doorgaf. Zo koos Hij Izak en niet Ismaël, Jakob en niet Ezau. En ten tweede dat er altijd een overblijfsel is geweest van Israëlieten die God dienden. Zie de inleidende studie over deze hoofdstukken: Inleiding op de hoofdstukken 9, 10 en 11

Nu laat Paulus de geschiedenis rusten en kijkt naar het heden. Hoe komt het dat de belofte die aan Israël was gedaan, vooral bij de heidenen terecht is gekomen?

opbouw van deze studie

We kijken eerst naar de laatste vier verzen van Romeinen 9. Ze zijn niet alleen een afsluiting van hoofdstuk 9 maar vormen ook de inleiding van hoofdstuk 10. Paulus gebruikt maar liefst elf keer het woord “gerechtigheid” in 9:30 tot 10:21. Het thema is dus rechtvaardiging. Hoe komt het dat de Joden de rechtvaardiging gemist hebben, terwijl ze het ijverig zochten. Terwijl de heidenen het vonden, hoewel ze het niet zochten?

Dan zien we in hoofdstuk 10 hoe Paulus dit verder uitwerkt. In vers 1 laat hij opnieuw merken hoezeer hij wenst dat Israël zalig wordt. In de verzen 2, 3 en 4 legt hij uit dat zij blijven proberen om een eigen gerechtigheid tot stand te brengen door de wet te houden. Ze onderwerpen zich niet aan de gerechtigheid van God.

Lees meer

God is de pottenbakker: Rom.9:21-29

Inleiding

We zijn nog steeds in de perikoop waar de Herziene Statenvertaling boven heeft gezet: “de vrijmacht van de verkiezing”. Maar ik kies als titel “God is de pottenbakker”. Paulus gebruikt het beeld van de pottenbakker en de klei om duidelijk te maken dat wij als mens niet in de positie zijn om God tegen te spreken. Het is een moeilijk gedeelte in de Romeinenbrief. Misschien geeft het een machteloos gevoel als je leest dat God de pottenbakker is en wij de potten die Hij maakt. Waarom maakt Hij het ene vat eervol en het andere oneervol? Er lijkt zelfs te staan dat God potten maakt om ze in Zijn toorn en macht te vernietigen.

Ik wil je in deze studie laten zien dat Paulus niet bedoelt dat God willekeurig mensen gemaakt heeft met als doel ze te verderven. Want hoewel er sprake is van Gods toorn, ligt ook in dit gedeelte de nadruk op Zijn geduld en ontferming.

Lees meer

Zijn de boeken van het Nieuwe Testament betrouwbaar?

Inleiding

Het Nieuwe Testament is een verzameling van 27 boeken. Deze boeken hebben sinds de eerste eeuwen gezag in de kerk. In een eerder blog (Gezag van het Nieuwe Testament) heb ik laten zien hoe de Bijbel zelf argumenten geeft voor het gezag. In dat blog ga ik er van uit dat de boeken van het Nieuwe Testament betrouwbaar zijn. Dat wordt niet algemeen en door iedereen geaccepteerd. Daarom zal ik in deze studie argumenten geven voor de betrouwbaarheid van de overgeleverde teksten.

Lees meer