Wortel en takken: Rom.11:11-24

Inleiding

Paulus stelt twee vragen in hoofdstuk 11. In de vorige studie (Beloften voor Israël: Rom.11:1-10) hebben we naar de eerste vraag gekeken. Heeft God Zijn volk verstoten? Nee, was het antwoord. Paulus is immers zelf een Israëliet. En er is altijd een gelovig overblijfsel geweest onder het volk, hoewel het grotere deel verblind en verhard is. Dat deel is gestruikeld zoals de profeten al hadden aangekondigd.

Dan stelt Paulus een vervolgvraag. Zijn zij gestruikeld met de bedoeling om definitief te vallen? Ook daar is zijn antwoord: “Nee, volstrekt niet”. Door hun struikeling is Gods redding naar de heidenen gegaan. Maar dat betekent niet dat de heidenen zich kunnen verheffen boven Israël. Paulus legt het uit met een metafoor over de wortel en de takken van een olijfboom. God heeft takken afgebroken en de heidenen geënt op de olijfboom. Maar Hij kan ook de heidenen weer afbreken en Israël opnieuw enten.

Lees meer